Jerrold Saija

Jerrold Eliano Saija (1996, Sittard), woont en werkt in Amsterdam

Belangrijk thema in het werk van Jerrold Saija is de invloed van het koloniale verleden van de Molukken op het heden, op zijn familie en op hemzelf. Door zich te verdiepen in het verleden hoopt Saija nieuwe toekomstbeelden te kunnen visualiseren. Hij put inspiratie uit overgeleverde verhalen, herinneringen, archieven, en uit rouw en Molukse “geneugten”. Hij wil voorouderlijke kennis ontsluiten om processen van heling te stimuleren, na eeuwen van geweld, uitbuiting en assimilatie. In zijn werk verwijst Saija vaak naar typische grondstoffen van de Molukken, zoals de kruidnagel en de sagopalm. Voor Heksenkruid – decolonising botany maakt Saija een installatie waaruit zijn fascinatie voor de Molukse sagopalm blijkt. De sagopalm wordt als voedingsbron en als bouwmateriaal gebruikt op de Molukken. Hij geldt als een bedreigde soort. Saija volgde de reis van één specifieke Sago die van Melanesië verplaatst werd naar de Hortus botanicus Leiden. Voor de kunstenaar staat de sagopalm symbool voor de diaspora en identiteit van de Molukkers in Nederland.


In tegenstelling tot de Molukse identiteit overleefde de boom het helaas niet. In het Belmonte Arboretum presenteert Saija een eerbetoon aan de sagopalm, die voor hem symbool staat voor de veerkracht van de Molukkers. De boom heeft mogen loslaten, niet opgeven, maar rusten, zo schrijft de kunstenaar. Zijn eerbetoon neemt de vorm aan van een spekkoek. Het eerbetoon neemt de vorm aan van een spekkoek, die Saija associeert met begrafenissen waar deze lekkernij wordt geserveerd. De spekkoek – gemaakt met typische Moluks-Indische ingrediënten als nootmuskaat en kruidnagel – ziet hij als blijk van respect, waarmee ook de overlevingsdrang van de sagoboom kan worden gevierd.  

 

Jerrold Saija voltooide in zomer 2023 de masteropleiding Ecologies of Transformation aan het Sandberg Instituut in Amsterdam. Overgeleverde verhalen en typische Molukse grondstoffen, zoals de kruidnagel en de sagopalm vormen een belangrijke inspiratiebron. Zijn fascinatie voor de kruidnagel ontstond toen Saija op reis ging naar zijn grootvader op het Molukse eiland Ambon en van hem leerde over de beladen koloniale geschiedenis. De gedroogde, nog gesloten bloemknop van de kruidnagelboom, die uitsluitend op de Molukken groeide, was vanaf de middeleeuwen een zeer gewilde specerij. Europese kolonisten voeren naar de Molukken, veroverden land, doodden en verdreven de oorspronkelijke bewoners, en hadden eeuwenlang het monopolie op de handel in kruidnagel en nootmuskaat. Saija gebruikte in het werk Nagels zonder hoofden (2021) kleine, harde kruidnagels in combinatie met grote over elkaar liggende steunbalken van flexibel materiaal. Door te spelen met tast, geur, zicht en geluid slaagde Saija erin verschillende zintuigelijke prikkels op te roepen. Dat gebeurde ook in de geestige installatie 70 teugen, die bestond uit 70 lange kretek-sigaretten die uit gaten staken. Bezoekers mochten er een teug van nemen. Saija bracht zo in herinnering dat Molukkers 70 jaar geleden werden gedwongen zich te vestigen in Nederland. Saija’s interesse in de sagopalm bleek tijdens zijn solotentoonstelling in P/////AKT afgelopen najaar. Hij exposeerde meerdere werken die door het materiaalgebruik verwezen naar sagomeel, en met reproducties van de boom waarmee hij een zelfportret samenstelde. Komende zomer is meer werk van hem te zien in Wageningen, in Museum De Casteelse Poort en in verpleeghuis Rumah Kita.